In deze reeks ga ik dieper in op de verschillende soorten steaks die er te vinden zijn.
In de winkel zie je zoveel andere en nieuwe namen, dat je hierdoor het bos door de bomen niet meer kan zien. En dus probeer ik hier wat duidelijkheid in te krijgen.
De Entrecote / Cote à L'os
Na de zesrib/ rib eye schuiven we weer iets naar achter en komen we bij de dunne lende uit en daar vinden we de entrecote en de Cote à L'os terug.
Bij de slager kan je gemakkelijk een entrecote vinden, en thuis bak je deze dan even in de pan.
Maar als er volk komt dan mag het iets meer zijn, en dan vraag je om een Cote à L'os.
Maar vergis je niet: dat komt uit hetzelfde deel.
En zoals bij het vorige artikel , is de entrecote de dunnere en beenloze versie van de Cote à L'os.
Je herkent de entrecote ook aan het lapje vet aan de bovenkant. Tijdens het baken laat je dit er best aan, en je kan het er nadien afsnijden. Dit vet en ook het been beschermt het vlees tegen verbranding of uitdroging wat het eindresultaat ten goede komt.
Dan wil ik ook nog iets zeggen over de T-Bone, Dit is herkenbaar aan het T vormig bot.
Ook dit komt voor de helft uit de dunne lende: de helft van de T-Bone is gewoon de Cote à L'os en de andere helft is ossenhaas (nog malser)
Hoe maak je dit nu klaar?
Deze keer gebruikte ik de kolen van Kamado Joe, Big Blocks. Mooie blokken ook.
De entrecote kan je echt gewoon grillen, direct op heet vuur.
1. a 2 minuten per zijde
Kerrntemperatuur, 50gr en klaar. (saignant)
De Cote à L'os is dikker en dan is het aanraden om deze iets langer te garen.
Deze keer gebruikte ik de Kettle Joe zonder Sloroller, maar met 2 zones.
De grill is groot genoeg waardoor ik ook meteen wat aardappeltjes kon meebakken.
Eerst rustig laten garen op de koudere zone, met het bot richting vuur, ter bescherming tegen de hitte
Toen ik een kerntemperatuur bereikte van zo'n 36 gr schoof ik hem door naar de hete kant om hem verder af te grillen.
Maar je moet er bijblijven en echt zeer frequent wat verleggen, en omdraaien, want op die manier krijg je een mooie kleur en korst en dus ook een heerlijke smaak.
Afwerken met wat gerookt zout en het feestmaal is klaar.
Deze keer had ik gekomen voor Limousin,
Dit Franse ras mag enkel uit de Limousin streek komen, en wordt vooral in de natuur losgelaten.
De smaak is heel fluweel en zacht.
Een hele fijne smaak.
Zeker eens proberen!
Reactie plaatsen
Reacties